Milo

Ik ging naar het asiel voor een witte kat. Ik ben gek op witte dieren. Echter ik kwam thuis met twee rode katers. Ik ging op een donderdag kijken, maar het asiel ging bijna dicht. Ik ging dus de volgende dag terug. Ik had voor de katten nog niets in huis. Het was geen opvlieging. Ik had er lang over nagedacht. Een hond was geen optie, omdat ik de hele dag werk. Ik had op de website van het asiel al de dieren uitgezocht waar ik belangstelling voor had. Ik wil geen katten die naar buiten kunnen. Ik heb zelf veel te veel last van katten van een ander. Dus op zoek naar katten die niet gewend waren buiten te komen.

Eerlijk gezegd heb ik de witte kat nooit gezien. Ik ben alle hokken in geweest. Er zaten hele lieverds tussen. Ze zeggen dat de katten jouw uit kiezen. Nou dat was ook zo. Pumba en Milo zat apart in het asiel. Ze konden niet overweg met de andere dieren. Ik vroeg of ik er mocht kijken. Milo gaf me direct kopjes en ik was verkocht. Ze hadden mij dus uitgezocht. Heerlijk gewoon. Alleen toen moest ik nog van alles gaan halen. Dus dat maar snel gedaan. Een heel gedoe om met twee katten naar huis te gaan. Ik weet niet van ons het meest gestrest was. De katten of ik. Ik wist toen nog niet dat het allemaal veel erger zou worden.

Ik had van het asiel begrepen dat ze het niet goed gehad hadden bij de vorige baas. Pumba vocht teveel. Pumba heeft heel lang nodig gehad om bij me te wennen. Veel later zou ik er achter komen hoe slecht hij het gehad had. Met Milo was het heel anders. Milo was direct gewend en voelde zicht thuis. Hij begon ook direct met spelen. Dat was een goed teken.

Mijn karakter

Ik heb een heel zacht karakter. Dat komt ook tot uitdrukking in het geluid wat ik produceer. Ik spin en mauw heel zacht. In tegenstelling tot Pumba mijn broer. Die kan een lawaai maken zeg. Ik kan uren alleen spelen. Geef me een balletje en en het Nederlands elftal kan nog wat van mij leren. Pingelen dat ik kan. Van de ene poot naar de andere. Vrouwtje kan daar heel erg van genieten. Ik kan ook uren naar vogels kijken. Ik maak me er niet druk over. Ik ga ze vooral niet achter na. Daar heb ik geen zin in, maar zie ik een vlieg dan zijn de rapen gaar. Die zal en moet ik krijgen. Ik vlieg dan tegen de muur op en ga overal over heen. Dan gaat er natuurlijk wel eens wat om. Het liefst lig ik de hele dag op vrouwtjes schoot. Heerlijk warm en ze aait me graag. Al wordt ik soms wel gek van haar. Dan gaat ze weer staan en dan weer zitten en elke keer moet ik er dan weer van af. Blijf toch een zitten denk ik dan. Als het me teveel wordt ga ik ergens anders liggen. Dan bekijkt ze het maar. Als vrouwtje in de keuken is en ik wil een kattensnoepje dan ga ik daar rustig voor zitten. Ik maak geen geluid. Ik krijg het toch wel. Vrouwtje is wat dat betreft een watje. Pumba en ik winden haar om onze pootjes heen.